ACTIEPUNTEN
De komende jaren wil ik op een aantal terreinen een aantal actiepunten nastreven. Dit wil ik zowel door beinvloeding van overheid, burgers en bedrijven bereiken, samen met anderen die u onder andere bij de links kunt vinden. De actiepunten zijn onderverdeeld over de volgende terreinen: Milieu en duurzaamheid · GroenLinks erkent dat duurzaamheid betekent
een leefbare aarde als basis voor een economische en sociaal stabiele
menselijke samenleving op lange termijn. Dit is ook de beste basis
om toekomstige conflicten om hulpbronnen te voorkomen, juist deze
conflicten zullen de komende eeuw in alle hevigheid toenemen naar
verwachting. Dit alles betekent dat toekomstig beleid moet meehelpen
aan het realiseren van de volgende voorwaarden voor een leefbare aarde: · Producenten zijn verantwoordelijk voor de milieubelasting
en uitputting van hulpbronnen gedurende gehele levenscyclus, dus inclusief
de grondstoffenwinning en de afvalfase, van hun producten. · De overheid richt zich op verdere bewustwording
van de bevolking, om het consuminderen verder te bevorderen en uit
het alternatieve circuit te halen. Ook zal deze bewustwording zich
richten op energie- en waterbesparing, vermindering van autogebruik,
aankoop van milieuvriendelijke producten en afvalpreventie. Een goede
methoden zijn is bijvoorbeeld het (financieel) stimuleren van deelname
aan ecoteams. · In het onderwijs wordt duurzaamheid geïntegreerd
in het lesprogramma. Hierbij wordt bereikt dat leerlingen een integrale
visie ontwikkelen op de economische, sociale en ecologische dimensies
die onderdeel uitmaken van een duurzame samenleving. Hetzelfde geldt
voor onderzoek; er moet meer interdisciplinair duurzaamheids-onderzoek
moeten worden uitgevoerd, waarbij economische haalbaarheid gekoppeld
wordt aan gevolgen voor milieu en huidige en toekomstige generaties. · Er wordt een (financieel) stimuleringsprogramma
ontwikkeld om tot een duurzame economie te komen. Voorbeelden hiervan
zijn de ontwikkeling van duurzame technologien, kennis en informatie-
en communicatietechnologie en zelfvoorzienende (streekeigen) landbouw
en woon-werkprojecten. · GroenLinks stimuleert de overgang naar de berekening van een groen Bruto Nationaal Product, waardoor negatieve milieueffecten een negatieve in plaats van een positieve invloed hebben op dit BNP. Ook de economische groei moet op basis van dit principe berekend worden. Landbouw, natuur en dierenwelzijn · De teruggang van het aantal boeren moet worden gestopt, dit komt het landschapsbeheer en de leefbaarheid op het platteland ten goede. Hiervoor is het onder andere noodzakelijk dat de mogelijkheden voor verbrede landbouw worden uitgebreid. Mogelijkheden naast de productiefunctie zijn: steekeigen productie, zorgboerderijen, verkoop aan huis, agrotoerisme, opwekking van duurzame energie, waterberging, natuur- en landschapsbeheer. · Binnen de EU worden voedselveiligheids-, milieu
en dierenwelzijnsnormen op een hoger niveau geharmoniseerd. Producten
die door de detailhandel worden verkocht, voldoen aan dezelfde hoge
eisen die nationale regeringen aan hun eigen boeren opleggen. Dit
stimuleert een omslag in de landbouw in de gehele EU, en stimuleert
de eigen boeren om deze omslag ook te maken. · Het verwerken van diermeel in veevoer wordt
weer toegestaan in voer dat bestemd is voor varkens en pluimvee. Het
verbod op verwerking van diermeel leidt tot gebreksverschijnselen
bij varkens en pluimvee, verbranding van hoogwaardige eiwitten, overbevissing
en verwerking van extra genetisch gemanipuleerd soja in het veevoer.
Ook is de prijs van het veevoer gestegen, en de verkoopprijs van dieren
gedaald door dit verbod. · Import handel en bezit van in het wild gevangen
dieren wordt verboden. De handhavingscapaciteit van de Algemene InspectieDienst
wordt uitgebreid, terwijl ook het Landelijk Team van de AID in ere
wordt hersteld. Import, handel en bezit van gekweekte dieren wordt
aan strenge vergunningseisen onderworpen. · De toepassing van genetische manipulatie in
gewassen en bij dieren wordt verboden. Ook wordt er een gentech-vrije
voedselketen ontwikkeld. WTO en internationaal handelsbeleid · Uit economisch, sociaal en milieuoogpunt is
het onwenselijk dat de handel in onbewerkte landbouwproducten geliberaliseerd
wordt. Deze producten moeten dus buiten de WTO-onderhandelingen blijven;
elk land bepaalt zelf de eisen die aan haar voedsel gesteld worden.
Zowel voor de boeren als de lokale bevolking in Noord en Zuid is het
het beste als voedsel zoveel mogelijk regionaal wordt geteeld. Een
uitzondering kan gemaakt worden voor tropische producten die zoveel
mogelijk via het fairtrade-principe moeten worden geproduceerd, waarbij
VN (milieu)verdragen en ILO-verdragen (arbeid) en EU- en nationale
wetgeving worden gerespecteerd. · De exportsubsidies voor Europese landbouwproducten
worden afgeschaft, (gedeeltelijk) in ruil voor steun voor natuur-
en landschapsbeheer. · Diensten als drinkwatervoorziening, zorg en onderwijs blijven buiten de WTO. Dit blijft een zaak van nationale overheden niet van multinationals, zodat ook het armste deel van de bevolking toegang tot deze diensten blijft houden. · De WTO wordt niet uitgebreid met nieuwe onderwerpen op gebied van mededinging en overheidsaanbestedingen. Technische assistentie van ontwikkelingslanden bij het navolgen van WTO-afspraken gebeurt door onafhankelijke VN-adviseurs, dus niet op de huidige manier waarbij bepaalde zaken aan landen worden opgelegd. Internationale solidariteit en conflictpreventie · GroenLinks steunt niet langer de internationale coalitie tegen het terrorisme. Hierdoor worden namelijk (linkse) oppositieleden, gematigde moslims en leden van etnische minderheden opgepakt onder het mom van terrrorismebestrijding. Dit leidt tot meer haat en meer terrorisme. Ook leidt de VS en niet de VN deze coalitie, waardoor haar economisch eigenbelang maar ook van andere westerse landen prefaleert boven internationale mensenrechten-, sociale - en milieuverdragen. · Het Heavily Indebted Poor Countries-initiatief
wordt flink uitgebreid zodat meer landen voor schuldverlichting in
aanmerking komen, voor een groter aandeel van hun schuldenlast, in
een sneller tempo en zonder voorwaarden zoals gebruikelijk in Structurele
Aanpassings Programma's. De vrijkomende gelden moeten wel worden ingezet
in armoedebestrijding en een duurzame ontwikkeling.' · Exportkredieten aan Nederlandse bedrijven worden
alleen nog maar verschaft indien men ontwikkelingsrelevante goederen
of diensten exporteert, die bijdragen aan een duurzame ontwikkeling.
Tevens dient de Kamer inzicht te krijgen in de transacties waarbij
exportkredieten zijn verstrekt. · De Wereldbank stopt met het financieren van
projecten die niet voldoen aan duurzaamheidseisen en armoedebestrijding,
onder meer in de mijnbouw, fossiele brandstofwinning, exportlandbouw
en waterdamprojecten. · Toegang voor ontwikkelingslanden tot de westerse
markten moet zich meer richten op bewerkte producten. Juist deze producten
leveren door hun hogere toegevoegde waarde een hogere bijdrage aan
de lokale economieën dan producten in de primaire sector. · De conditie binnen Structurele Aanpassingsprogramma's
van de Wereldbank en het IMF dat ontwikkelingslanden hun markt niet
mogen afschermen tegen buitenlandse concurrentie, verdwijnt. · GroenLinks erkent dat een duurzame ontwikkeling
waarbij recht gedaan wordt aan economische, sociale, culturele en
milieubelangen de beste waarborg is om conflicten te voorkomen. · Bij de uitbreiding van de EU wordt binnen deze
landen de werkgelegenheid in de kleinschalige lokale landbouw beschermd,
omdat deze veelal met lage inputs van chemicaliën en met behoud
van het karakteristieke landschap produceert. De fouten die gemaakt
zijn tijdens de schaalvergroting in West-Europa mogen niet nogmaals
gemaakt worden. · Nederland ratificeert alle internationale verdragen
die afgesloten zijn binnen de VN, tevens stimuleert zij andere EU-lidstaten
om hetzelfde te doen. |